De Maretak is een groenblijvende plant uit de sandelhout familie. De plant leeft op bomen. Het is een half parasiet. Voor water en zouten is de plant afhankelijk van zijn gastheer. Suikers en zetmeel maken ze zelf uit koolstofdioxide. Een andere benaming is mistletoe, mistel, of vogellijm.
De plant is in Nederland wettelijk beschermd. De Maretak komt in heel Nederland voor. De plant vindt men op populieren, appelbomen, eiken en op meidoorn. De bijnamen, die aan de wintergroene Maretak wordt gegeven zijn o.a. boomkruid, duivelsgras, heksenkruid, duivelsnest, heksennest, lijmkruid en mistletoe.
De plant groeit als een bol, zonder voorkeur van boven en onder. De blaadjes kennen geen verschil tussen onder- en bovenkant. De Maretak kan niet op de aarde groeien, maar alleen in bepaalde bomen, de zogenaamde gastheerbomen.
De plant rust in de zomer en in de herfst, alleen in het voorjaar en in de winter groeit deze plant. In de maand februari staat ze in bloei, de bessen rijpen in de maand december. De Maretak is altijd groen, in de zomer is de groene kleur het diepst. De blaadjes verwelken nooit, na anderhalf tot vier jaar worden ze groen afgeworpen. De bessen van de Maretak zijn wit, ietwat glazig, met binnen in een slijmerig en kleverig vocht.
De bladeren worden geoogst met de stengeltjes, die men dan fijn snijdt om te drogen, van begin oktober tot half december en in de maanden maart en april. Alle andere maanden heeft de Maretak geen geneeskracht. De sterkste geneeskracht hebben de planten, die op eiken en populieren groeien, maar Maretak welke op dennen, mast- en fruitbomen zijn ook geneeskrachtig.
In de maanden maart en april kan men de Maretak het beste oogsten, omdat de Maretak nog geen bessen heeft, zodat men minder werk heeft om de takjes fijn te snijden je hoeft dan geen kleverige bessen te verwijderen van de takjes, zoals in de maanden oktober en december. De bessen van de Maretak zijn zeer giftig bij inwendig gebruik. De bladeren en de twijgjes zijn niet giftig.
Ten tijde van de jaarwisseling wordt Maretak als versiering opgehangen.
Iemand die hier dan onderstaat mag straffeloos worden gekust.
De Maretak staat in de kruidengeneeskunde bekend als een plant met medicinale eigenschappen.
GEBRUIK VAN MARETAK.
Alleen de bladeren, jonge twijgen en bessen van de Maretak in kleine doseringen gebruiken.
BLOED.
Bloeden uit de longen of darmen veroorzaakt door tyfus of dysenterie.
Verstoring van de bloedsomloop, in combinatie met Heermoes.
Interne - en externe bloedingen.
Neusbloedingen
HERSENEN EN HET ZENUWSTELSEL.
Krampen en krampachtige zenuwaandoeningen.
Delirium
Duizeligheid, epilepsie en hoofdpijn
Hysterische klachten, zenuwen, nerveuze zwakte, zenuwpijn.
HART EN BLOEDVATEN.
Arteriosclerose
Hart- en vaatziekten
Verharding van de slagaders
Bloedsomloopklachten
Normaliseren van de circulatie
Preventie en behandeling van beroertes.
Versterkt het hart.
HET VROUWELIJK GESLACHT.
Bloeden na de bevalling
Chronische krampen
Vrouwelijke onvruchtbaarheid
Zware menstruatie
Baarmoeder- en menstruatiestoornis.
BETREKKING TOT DE KLIEREN.
Ten goede van het hele klierstelsel
Gunstige invloed op de pancreas
Stimuleert van de klieren activiteiten met betrekking tot de spijsvertering.
THEE : 2 flinke theelepels overgieten met ¼ liter koud water.
Na 10 - 12 uur afzeven. Per dag 2 kopjes drinken.
TINCTUUR : De Maretak druppels zijn verkrijgbaar bij homeopathische apothekers.
SAP : Verse bladeren en stengeltjes wassen en vochtig ontsappen door de
sapcentrifuge.
ZALF : Verse witte bessen met varkensvet tot zalf verwerken voor uitwendig
gebruik.
OOK HIER WEER HET ADVIES, BIJ TWIJFEL VAN HET GEBRUIK VAN MARETAK, RAADPLEEG EERST EEN ARTS OF APOTHEKER.
Dit is de KRUIDEN - INFORMATIE over het kruid MARETAK.
Kruidenpoes.
