Heermoes is een plant uit paardenstaartenfamilie ( Equisetaceae ). Ook wel roobol, akkerpaardenstaart of unjer genoemd. Het is een 40 cm hoge vaste plant. In het voorjaar, maanden april en mei, verschijnen er bladgroenloze stengels met sporenaren op de top. De zijtakken van Heermoes staan in kransen. De stengel heeft maximaal zes ribben. Heermoes is een sporenplant, want ze verspreid zich via sporen, die uit groeien tot een voorkiem, waarna de bevruchting kan plaatsvinden. Dit is alleen mogelijk op open grond. Heermoes maakt ook veel wortelstokken, die diep de grond ingaan.
Heermoes is een kosmopoliet van de gematigde en koude streken van het noordelijk halfrond.
Heermoes vind je vooral op open, voedselrijk, omgewerkte grond in bermen en langs spoorwegen, in tuinen en op akkers. Het bladoppervlak van de bladeren van Heermoes is gering en deels recht opstaand. Heermoes kan zijn groeiplaats domineren. Voor bepaalde planten is Heermoes giftig. Grassen kunnen niet kiemen in de buurt van Heermoes. Ook voor paarden is Heermoes giftig.
Enkel Heermoes ( Equisetum arvense ) mag medicinaal worden toegepast.
Het plukken van de onvruchtbare groene uitloper in de maanden juni - augustus. De stengels oogsten bij voorkeur als ze nog soepel en buigzaam zijn, de zijtakjes wijzen dan ook nog stevig omhoog. Als de takjes gaan hangen is de groei over zijn hoogtepunt heen, de medicinale werking is dan ook gering. Het onderste deel van de plant laat je ter plaatse.
Herkenning is dus erg belangrijk en dat men ook zeker weet dat je de juiste soort hebt. Kijk daarom naar de volgende kenmerken:
Bij Heermoes zit de bloeiaar (het sporendoosje) nooit aan de groene plant, maar aan bladgroenloze bloeistengels, die in het begin van de lente te vinden zijn.
De stengelschede van Heermoes (inclusief het kransje op de hoofdstengel) is altijd kleiner of korter dan het eerste lid van de zijtakjes.
De centrale holte in de stengel is maar de helft van de totale doorsnede van de stengel, , waardoor de stengels moeilijk samendrukbaar zijn.
Heermoes is een geneeskruid dat o.a. veel kiezelzuur bevat.
INWENDIG GEBRUIK.
Versterkt de afscheiding van water.
Ter stimulering van de doorstromen bij bacteriële- en infectie ziekten aan blaas en nieren, bij gruis of stenen in verschillende organen.
Bij jicht, reuma en zenuwpijnen.
Bloedstelpend bij een te sterke menstruatie, aambeien of bloedneus.
Bij ziekten van het bindweefsel en vergiftiging met zware metalen.
Bij emfyseem, TBC en botontkalking.
UITWENDIG.
Thee aftreksel bij de genezing van wonden.
Als antibacterieel en ontsmettend middel tegen acne.
Gebruiken als spoel middel om de mond te spoelen.
Werkt schimmelwerend en helpt bij acne.
THEE AFTREKSEL : Giet op 4 theelepels Heermoes ¼ liter water dat tegen de
kook aan zit. Kook het 30 minuten, zeef het na 10-15 minuten.
Drink 3-4 kopjes per dag tussen de maaltijden.
SPOELEN/GORGELEN : Bij bloedneuzen, keel- en keelholte klachten kan een
thee aftreksel worden gebruikt als spoel- en gorgelmiddel.
OMSLAGEN : Doe 10 gram gedroogde plant in 1 liter water en maak hiermee
een afkooksel.
De omslagen meerdere keren per dag 10-15 minuten inwerken.
TINCTUUR : 10 gram Heermoes in 50 gram echte graanjenever.
14 dagen in de zon laten trekken. Elke dag schudden.
HEERMOES KAN WORDEN BESCHOUWD ALS EEN KRUID, DAT NAUWELIJKS BIJWERKINGEN HEEFT. WEL ALTIJD ZORGEN DAT DE JUISTE SOORT WORDT GEBRUIKT.
Dit is de KRUIDEN - INFORMATIE over het kruid HEERMOES.
Kruidenpoes.
;
